Korfbal oefeningen voor de ambitieuze trainer

Duelkracht Duelkracht is erg belangrijk en vaak bepalend voor het succes van zowel aanvallende als verdedigende acties. Het komt vooral terug in situaties waarin twee spelers beide een bal proberen te pakken, maar ook bij verdedigende acties rondom de korf.

Duwen, trekken en vergelijkbare acties zijn bij korfbal niet toegestaan, maar spelers moeten wel tegen een stootje kunnen en elkaar niet uit angst uit de weg gaan (want dan pak je geen bal). Met de oefeningen uit deze categorie kan je dit oefenen en spelers aan deze situaties laten wennen.

Doelgroep Sommige oefeningen zullen voor de jongste spelers nog niet geschikt zijn, maar verder richt deze categorie zich op alle spelers.

Duelvormen kracht

Doel Duelkracht opbouwen. Omschrijving # Variatie 1
Twee spelers staan tegenover elkaar met een lijn tussen hen in. Ze houden elkaar stevig met 1 hand vast (zoals bij armpje drukken). De opdracht is om de ander naar achter over de lijn te trekken.

# Variatie 2
Geef de spelers een stok die ze allebei met beide handen vast houden. Ze hebben de stok horizontaal tussen zich in. Achter beide spelers ligt een lijn en de opdracht is de speler over die lijn heen te duwen.
Het is belangrijk dat beide spelers ervoor zorgen dat de stok stabiel in het midden blijft. Niet als tactiek de stok bewegen, dan zouden er botsingen kunnen ontstaan.

# Variatie 3
Beide spelers liggen met hun bovenlijf op ieder een eigen matje, naar elkaar toe en met de hoofden dicht bij elkaar. Ze steunen op gestrekte armen, verder raken enkel de voeten de grond. Borst/buik/benen recht als een plank.
De opdracht is om de ander onderuit te trekken. Daarbij mag je enkel de armen van de ander vastpakken.

Pak de bal

Doel Deze oefening is een duelvorm, met reactievermogen en een versnelling vanuit stilstand. Omschrijving Een trainer staat met een bal tussen 2 spelers in. De trainer gooit de bal naar voren/omhoog en beide spelers proberen de bal te pakken.

De speler die de bal te pakken krijgt rent daarna zo snel mogelijk naar de paal, waar 1 doelpoging genomen mag worden.
De speler die de bal niet te pakken krijgt rent er achteraan om de doelpoging zo moeilijk mogelijk te maken.

Het is belangrijk om de bal niet te ver weg te gooien, dan krijg je vooral een hardloop wedstrijd in plaats van een duel. VariatiesOm de doelpoging concreter te maken zou je af kunnen spreken dat de aanvaller 1 actie naar de korf maakt (en geen potentieel lange 1 tegen 1). De speler zonder bal wint als de aanvaller dicht bij de korf staat, zonder genomen kans en in verdedigde positie.

Het is ook een optie om de speler zonder bal niet te laten verdedigen, maar te laten tikken. Wordt de speler met bal getikt dan mag er niet meer geschoten worden.
Mogelijk wordt de speler met bal getikt voor deze de kans krijgt om weg te rennen, in dat geval zou je af kunnen spreken dat er pas getikt mag worden nadat een lijn gepasseerd is (richting de korf). Dat geeft de tijd om weg te komen. UitdagenderDoor beide spelers voor de trainer te zetten kunnen ze het weggooien van de bal niet zien, waardoor zij zullen moeten reageren zodra de bal in hun blikveld komt. Opstelling

Pak het lintje

Doel Deze oefening is een duelvorm, met reactievermogen en een versnelling vanuit stilstand.

Stimuleer de speler die het lintje niet te pakken kreeg om de kortste weg naar de pion te lopen en de speler met het lintje af te snijden. Omschrijving De trainer houd een lintje vast met gestrekte arm. Twee spelers staat er ieder aan een kant naast.

De opdracht is om het lintje te pakken en daarna zo snel mogelijk weg te rennen naar een pion toe, om het lintje om de pion te leggen.
De speler die het lintje niet te pakken krijgt probeert de speler met het lintje in te halen en de pion te pakken voor het lintje er omheen gelegd wordt. Opstelling

Steel de bal

Doel Deze oefening is een echt stoeiduel, bedoeld om te wennen aan fysiek contact zodat spelers het in een wedstrijd niet uit de weg gaan. Omschrijving 1 speler zit of ligt op een klein matje, met een bal zo stevig mogelijk vastgeklemd.
Een tweede speler krijgt 20 seconden de tijd om de bal te veroveren. De enige manier waarop de speler met de bal dit mag voorkomen, is door de bal zo stevig mogelijk vast te houden.

Duel op de mat

Doel Deze oefening is een echt stoeiduel, bedoeld om te wennen aan fysiek contact zodat spelers het in een wedstrijd niet uit de weg gaan. Omschrijving Twee spelers op een dikke mat. Om de dikke mat heen liggen kleine matjes.

De spelers mogen niet staan, maar bijvoorbeeld wel zitten of op hun knieën. De opdracht is simpel: duw de andere speler van de mat af.
Door dit met groepjes van 3 of 4 te doen kan er na iedere ronde afgewisseld worden van tegenstander. Opstelling

Duelvorm vallende bal

Doel Leren om de bal zo snel mogelijk te pakken. Niet wachten tot de de bal in de handen valt. Daarnaast niet bang zijn voor een andere speler die ook probeert om de bal te pakken. Omschrijving Twee spelers zitten tegenover elkaar op hun knieën, ongeveer een meter ertussen. Een derde speler of trainer staat er naast en laat een bal (of kleiner balletje) vallen tussen de 2 spelers. Zij proberen de bal zo snel mogelijk te pakken.

Als een derde speler de bal laat vangen wisselt deze met de eerste speler die 3x de bal pakt.

Duelvorm tikkie

Doel Bij het verdedigen ontkom je er niet aan om soms een aanvaller of andere verdediger te raken. Met name jonge spelers kunnen hier angstig voor zijn. Het gevolg is dat ze contact uit de weg gaan en daardoor verdedigend minder effectief zijn.
Doel van dit spelletje is om te wennen aan fysiek contact. Omschrijving In tweetallen staan de spelers tegenover elkaar. Iedere speler heeft een balletje in zijn hand. Kan een tennisbal zijn, of iets groter.
De opdracht is om met het balletje het lichaam van de ander te raken, zonder dat deze jou raakt. Dit zonder te gooien, je blijft het balletje ten alle tijden vasthouden. Ook mag het tweetal vrij bewegen.

Is een speler geraakt dan stopt de ronde en begint de volgende ronde zodra de geraakte speler start zegt. VariatiesGeef een specifiekere opdracht. Bijvoorbeeld het raken van de knie, bovenarm of rug.

Partijvorm 'rugby'

Doel Het doel van deze oefenvorm is om fysieker te gaan spelen en het duel met een ander niet te schuwen. Door deze oefenvorm te spelen kunnen spelers wennen aan fysiek contact en zullen ze fanatieker achter een bal aan durven gaan, ook als een speler van de andere ploeg hetzelfde doet. Omschrijving Dit is een normale korfbalwedstrijd, maar met als extra regel dat de spelers de bal uit elkaars handen mogen trekken.
De beste vorm zal in de meeste gevallen 3 tegen 3 op 1 paal zijn.

Hou hierbij de volgende richtlijnen aan:
- Enkel de bal proberen te pakken, niet een andere speler vastpakken of duwen/trekken.
- Voorkom lange worstelsessies. Geef een verdediger een aantal seconden om de bal te veroveren, lukt dat niet, dan blijft de bal bij de aanvaller.